Promotie Jackson Oldfield
28 januari 2023
Het internationaal recht houdt zich al minstens sinds het einde van de 19e eeuw bezig met smokkel. Er zijn verdragen opgesteld die het illegale verkeer van goederen en van mensen over internationale grenzen proberen aan te pakken. Het gaat dan bijvoorbeeld over het smokkelen van personen, wapens, ‘obsceniteiten’, stoffen, culturele artefacten en wilde dieren.
Promovendus Jackson Oldfield: ‘Gezien het aantal verdragen en de aandacht voor smokkel leek het mij belangrijk om na te gaan of er een verband bestaat tussen verdragen in het internationaal recht die smokkel aanpakken. In mijn onderzoek heb ik gekeken naar de verdragen tussen 1890 en 2012 en ik zie dat de aanpak van smokkel opmerkelijke overeenkomsten vertoont.’
Of de verdragen nu kijken naar onder andere slavernij, drugs of pornografische smokkel, de focus ligt voornamelijk op maatregelen om de smokkelaar te bestrijden, zegt Oldfield. 'De bredere omstandigen die leiden tot een “smokkelsituatie” blijven opvallend vaak onbesproken. Ik betoog in mijn proefschrift dat deze focus staten in staat stelt smokkelverdragen te gebruiken als een manier om andere sociale en politieke doelen te bereiken. “Anti-smokkel-maatregelen” zijn zo meer een dekmantel voor een andere agenda.'
Een goed voorbeeld is de Brussels Conference Act van 1890. Oldfield: ‘Hoewel deze wet bedoeld was om de schade aan te pakken die werd veroorzaakt door de smokkel rondom slavernij, vuurwapens en drank in bepaalde gebieden van het Afrikaanse continent, werden de bepalingen tegen smokkelaars ook gebruikt om de Europese controle over het binnenland en de zeeën rond Afrika uit te breiden.
Zo was er bijvoorbeeld de eis om stations in het binnenland van Afrika op te richten om de slavenhandel te bestrijden, maar dit hield natuurlijk in dat de ondertekenende regeringen hun controle naar het binnenland moesten uitbreiden.'